Vestingbouw Algemeen:
‘Frontier Steden en Sterckten’
In Zeeuws-Vlaanderen tref je vestingwerken aan uit verschillende tijdsperiodes. Vanaf de tijd van de Romeinen tot en met de periode van de Koude Oorlog vind je overblijfselen en/of sporen van verdedigingswerken in het landschap. De vestingsteden, forten en linies die gedurende de tijd van de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) zijn aangelegd, zijn het best vertegenwoordigd en springen ook het meest in het oog.
Water werd door de Republiek der Zeven Provinciën (de noordelijke opstandige gewesten) gebruikt als verdedigingsmiddel en aanvalswapen. Op diverse plaatsen werden dijken doorgestoken en/of sluizen open gezet waardoor zeewater het achterliggende gebied binnenstroomde. Door de werking van de getijden ontstonden er geulen in het landschap. Langs de geulen werden door de strijdende partijen forten en liniedijken aangelegd. Steden werden voorzien van aarden vestingwallen en bolwerken. Natuurlijke grenzen werden politiek/militaire grenzen.
De Republiek der Zeven Provinciën probeerde de kerngewesten Holland en Zeeland te beschermen met een militaire bufferzone die vanaf Groningen tot tegen de kust van Vlaanderen liep. In dat kader werd tussen 1583 en 1645 het noordelijke deel van Vlaanderen veroverd. Met de vrede van Munster in 1648 werd dit gebied, het huidige Zeeuws-Vlaanderen, definitief aan de Noordelijke Nederlanden toegevoegd.
De lezing bestaat uit twee gedeelten:
In het eerste gedeelte komt de ontwikkeling van de vestingbouw in het algemeen aan de orde waarbij naast Nederland ook gekeken wordt naar vestingwerken in België, Frankrijk en Engeland. Ook wordt het ontstaan van de politiek/militaire grenzen in Vlaanderen uitgelegd. Het algemene gedeelte wordt afgesloten met de bespreking van de wapens waarmee men vocht, de verschillende gebouwen die in een vesting stonden (of er nog staan) , de leefomstandigheden van de soldaten en hoe een beleg in zijn werk ging.
Het tweede gedeelte van de lezing is per regio verschillend ingevuld. Er zijn drie verschillende mogelijkheden:
West Zeeuws-Vlaanderen, West-Vlaanderen en Vlissingen.
Oost-Zeeuws-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen.
Oost-Vlaanderen en Antwerpen.